Karpervissen in Frankrijk is al lang zeer populair onder de Nederlandse en Belgische vissers. De Franse rivieren en meren zijn bekend voor hun schoonheid en uiteraard voor hun grote karpers. Niet uitzonderlijk dat sinds de jaren '90 duizenden karpervissers uit heel Europa naar Frankrijk afzakken om van hun favoriete hobby te genieten.
Na de 2de Wereld Oorlog onderging Frankrijk grootschalige stedelijke ontwikkeling. Voor de bouw van infrastructuren, wegen, spoorwegen en huizen, werd het land uitgegraven op zoek naar materialen. Veel van de meren die we vandaag de dag bezoeken voor het karpervissen in Frankijk, zijn voormalige "putten" waar grind en zand ontwonnen werd voor de bouwsector.
Naast deze meren, bestaan ook de zogenaamde "Etangs", dit zijn vijvers die in de Middeleeuwen door de Monikken met de hand werden gegraven. Vele meren zijn het resultaat van draineringswerken waarmee men moerasgebieden wilde droogleggen. De meertjes die zo ontstonden werden gebruikt om vis te kweken. Andere meren werden gecreerd door een rivier of stroom in te dammen. Heel wat meren in de Champagne Streek zijn zo ontstaan en fungeren ook als enorme buffer tijdens het regenseizoen van October, November en December. Lac du Der en Forêt d'Orient zijn hiervan een mooi voorbeeld. Twee verwoestende overstromingen - respectievelijk in 1910 en 1924 - brengen de mens ertoe om een uitgebreid programma op te zetten ter normalisatie van de golfstromen van de Seine. Lac du Der is 4800 hectare en Forêt d'Orient 5000 hectare groot.
Tot voor zo'n 25 - 30 jaar werden de meeste meren gebruikt voor de viskwekerij. Rond de jaren '90 verminderde het belang van de viskwekerij voor voedselvoorziening en ruimde dit plaats voor het karpervissen in Frankrijk. De eigenaren van deze meren ondervonden een groeiende vraag voor het karpervissen; in het begin was de service ter plaatse zeer gering en was je visvakantie letterlijk "drive & survive"; Nu bieden heel wat wateren een uitstekende service, met eten en drinken, wifi, schone sanitäre voorzieningen, enz